Up North Sea Jazz 2023 Slideshow

 

46e North Sea Jazz Ahoy Rotterdam
De oudjes doen het nog best

Tekst: Henk Demper
Foto’s: Bert Lek

Vrijdag 7 juli

Er is maar één ding veranderlijker dan het weer in Nederland; en dat is het humeur van Van Morrison. Een recent optreden in Carré met louter covers werd als een dieptepunt in zijn  live-loopbaan beschreven. Dus zien we dit optreden met gemengde gevoelens tegemoet. Een herhaling van zetten of een revanche? Gelukkig voor de bomvol gevulde Maas is dat laatste het geval.

Weliswaar staan alleen nummers van zijn laatstverschenen cd Moving on Skiffle op de setlist, maar Morrison is gedreven  en geïnspireerd, als altijd onwaarschijnlijk goed bij stem. Op bijna 78 jarige leeftijd is daarop nog geen spoor van sleet te beluisteren. Overigens is de titel deze laatste cd misleidend: niet skifflemuziek is hierop leidend, maar 23  oude Amerikaanse folk tracks, prehistorische Americana zoals je wilt.

En zo wordt door een voortreffelijk ingespeelde band onder aanvoering van een gefocuste Van Morrison volkomen recht gedaan aan de kwaliteit van songs. Ze glanzen als opgegraven schatten, elk in een gevarieerd arrangement: steelgitaar, viool, maar altijd ook het ondersteunende skiffle wasbord. Dat wel.
Maar toch, na 45 minuten liefdevol vertolkte covers ga je toch stiekem verlangen naar een monumentale song van Van Morrison zelf. Daarvoor moet je echter aankloppen bij Bob Dylan. Hij speelde onlangs bij een optreden in Spanje een  onvergetelijke versie van Morrisons Into The Mystic. Hij wel. Diezelfde Dylan speelde jaren gelden overigens een avond in Carré voornamelijk Frank Sinatra. De wegen van grote uitvoerende artiesten blijven ondoorgrondelijk. Gelukkig maar.

In een afgeladen (standing room only) Darling zaal wacht de op twee dagen na 84 jarige Mavis Staples een letterlijk en figuurlijk warm welkom. Vijf jaar eerder was ze hier voor het laatst  en werd toen in de Congo voor haar verjaardag door de hele tent toegezongen. Love me, please love me smeekt ze de zaal. Wie is zo hardvochtig haar smeekbede af te wijzen? Niemand, maar de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat haar optreden me met gemende gevoelens achterlaat. De wil en blijmoedige gedrevenheid zijn er nog wel, maar de mogelijkheden houden daarbij geen gelijke tred. De minimale bandbezetting met de onafscheidelijke Rick Holmstrom op bijtende Telecaster, bijgestaan door twee achtergrondzangeressen kan het verval niet maskeren. De opening, het  Staples Family volkslied If You’re Ready Come Go With Me wordt nog veelbelovend tot een goed eind gebracht. Daarna wordt er meer, veelal zittend, gemoedelijk gebabbeld, onder het motto waar gepraat wordt hoeft niet gezongen te worden. The Handwriting Is On The Wall is een verademing. Voor de bijbelonwetenden wordt voor de betekenis van de tekst verwezen naar het bijbelboek Daniël. Ook Keep Your Eyes On The Prize en Respect Yourself (gezonden door Rick Holmstrom) verdienen het hier gezongen te worden. Het zijn en blijven lijfliederen uit de Amerikaanse burgerrechtenbeweging, waarvan  Mavis Staples zo ongeveer de laatste vaandeldraagster is. De verwachting is dat ze in het harnas zal sterven.

De  immense Maas hal is te klein voor al degenen die het afscheid? Van Buddy Guy willen meebeleven. “Damn Right Farewell” suggereert inderdaad een vaarwel, maar we kennen teveel voorbeelden van herhaaldelijk geprolongeerde afscheiden om dit voetstoots aan te nemen. Eerst horen en zien, dan pas geloven.
Zonder polka dot gitaar en overhemd, maar wel in zijn onafscheidelijke tuinbroek wordt stevig geopend met Damn Right I Got The Blues. Vanonder een witte tuinpet oogt hij als de fragiele tanige 87jarige die hij is. Ook hier veel, soms ontroerend, soms gênant gebabbel, onder het motto waar gepraat wordt hoeft niet gespeeld te worden. Fragmenten van Hoochie Coochie Man, 19 Years Old (Muddy Waters),  Take Me To The River (Talking Heads) en Voodoo Chile (Hendrix) passeren als in een bluescollege  de revue.
BB Kings How Blue Can You Get en  Skindeep  krijgen een ontroerende uitvoering tot besluit.
Thanks Buddy, het is mooi geweest.

De Australische broers John en Sam Tesky komen van ver. Rond 2008 beginnen ze hun band in kwartetvorm in een genre waarvan de fundering ooit is gelegd door de Amerikaanse gebroeders Allman. Noem het southern rock met soul- en bluesinvloeden. Een beperkt genre dat in beton is  gegoten en waarin het speelplezier de beperktheid moet doen vergeten.
Zo ook bij de set van 5 kwartier in de uitpuilende Maas. Precies lang genoeg om de eenvormigheid van het geheel niet als storend te ervaren. De band is super gemotiveerd en geconcentreerd: ze willen vlammen vanavond en dat lukt overtuigend.
Sinds de vervanging van de oorspronkelijke ritmesectie in 2022, en het verschijnen van hun derde cd The Winding Way dit jaar is de band in een stroomversnelling geraakt. Hoewel; band?  De broers vormen de vaste kern en laten zich bijstaan door uiterst competente muzikanten, niet noodzakelijk in vaste samenstelling. Twee vrouwelijke blazers, Lily Shaw (sax)  en Audrey Boyle (trompet) geven vanavond extra glans aan de set. De Ray Charles cover Drown In My Own Tears laat horen waar de band voor staat: de soulstem van Josh Tesky tilt dit gezelschap ruim boven de middelmaat uit. Veel songs van de laatstverschenen cd passeren de revue:  Crying Shame en Oceans of Emotions klinken live zonder  meer overtuigend, zo tot aan het afsluitende Hold Me, met daarin de mondharmonica in de hoofdrol.

Zaterdag 8 juli
Het is Congo dag vandaag. Deze tent staat al jarenlang garant voor interessante blues georiënteerde programmering . Zo ook dit jaar, waar in de bloedhete tent de stoelen achterwege zijn gelaten. Zo kun je immers meer bezoekers kwijt moet de achterliggende gedachte zijn geweest. Ter compensatie is voor de tent een groot scherm geplaatst, en voor wie een stoel weet te bemachtigen maakt dit comfortabel genieten mogelijk.
Bij aankomst horen we, al op afstand, een prachtig welluidende  stem. Is het een zanger? Is het een zangeres? Het is het warme stemgeluid van Jalen Ngonda, een jonge Amerikaanse singer-songwriter en soulzanger wiens eerste cd later dit jaar zal verschijnen. Hij speelt gitaar en wordt begeleid door slechts een anonieme drummer en een bassist. Wat een prachtige falsetstem heeft deze veelbelovende jongeman in songs als  If You Don’t want My Love. Een talent om niet uit het oog te verliezen!
In 1967 zijn jonge leden van de familie Brown in Aberdeen Mississippi danig onder de indruk van gospelgrootheden  The Staple Singers, die bestaan uit vader Roebuck Staples en zijn drie dochters, waaronder Mavis Staples. In hun bewondering voor hun idolen richten ze een gospelgroep op en  noemen ze zich The Staples Jr. Singers.  Aan de oevers van de Tombigbee rivier zingen ze over wat hen beweegt: het onrecht van de rassenscheiding, de armoede, de burgerrechten en hun vertrouwen in God. In 1975 brengen ze hun eerste  en enige plaat uit: When Do We Get Paid?, die onlangs opnieuw is uitgebracht. Nu staan ze dan voor het eerst op NSJ, op het snoeihete Congo-podium. Edward Brown en zijn zus Annie als voorzangers, begeleid door de jongere generatie op gitaar, bas en drums.
Hun optreden is een heftige en hypnotiserende eredienst met bezwerende songs als You Got To Live The Life, Looking For The man Of Galilee en natuurlijk ook When Do We Get Paid?. En als Annie Caldwell Brown de microfoon in handen geeft aan een donkere dame op de eerste rij wordt duidelijk dat deze de boodschap goed heeft begrepen en daar uiting aan weet te geven. Helaas, na 45 minuten komt dit unieke optreden tot een voortijdig einde: de hitte is de zangeres teveel geworden.

Broers in de muziek, daar vallen vele verhalen over te schrijven. De Teskey Brothers: echte broers evenals de Allman Brothers. De Righteous Brothers dan weer niet. DeWolff: twee, echte broers Van de Poel met een derde man Piso. Dawn Brothers dan: vier man sterk en geen broer te bekennen, maar wel met een charismatische zanger Bas van Holt in de spits.
Vanmiddag in de Congo: twee bands voor de prijs van één, aangevuld met een vierkoppige blazerssectie. Elf man sterk spelen ze vanavond hun gezamenlijke plaat Double Cream, opgenomen toen de wereld onder covid tot stilstand leek te zijn gekomen. De belangstelling is massaal. De tent binnen tjokvol, het buitenplein voor het scherm afgeladen. Zo retro als retro maar kan zijn, maar met overtuiging gespeeld en gezongen door jongens die dit optreden zichtbaar als een feest ervaren. De over de top aankondiging van zanger Van Holt door gitarist Van de Poel blijkt volkomen terecht. Wat een stem, wat een uitstraling wat een soul! Met beide ogen gesloten waande ik me terug bij de gloriejaren van SouthSide Johnny and the Asbury Jukes met daarin de fameuze La Bamba Hornsection, of van veel later St. Paul & The Broken Bones. En deze dubbelband kon tijdens dit optreden deze vergelijking met glans doorstaan. De afzonderlijke songs noemen? Luister zelf naar  de cd Double Cream, en ga ze zien waar dat nog kan; in Zeist, Valkenburg of Ommen

De opkomst van Tom Jones (83) is wat houterig. Hij maakt een stramme buiging naar de volle Nile. Maar zodra zijn mond open gaat met het nummer ‘I’m Growing Old’ slechts in het begin begeleidt door Paddy Milner achter de piano vindt er iets magisch plaatst in het grootste onderkomen van Ahoy.
Daarna verlaat hij de kruk waar hij op zit om in anderhalf uur enkele van zijn grote hits te zingen; Uit 1965 zijn eerste hit ‘Its Not Unusual’ lekker swingend door de begeleiding van Gary Wallis op conga’s.
Daarna volgen ‘What’s New Pussycat’ (1965) uit de gelijknamige film comedy en ‘Seksbom’ van zijn comeback album ‘Reload’ uit 1999 dat wordt luidkeels meegezongen door het publiek. Terug naar 1968 met ‘Delilah’. De zaal raakt in extase. Een rockuitvoering van ‘You Can Leave Your Hat On’ van Randy Newman ging er ook in als de bekende koek. Mede door de prachtige drumsolo aan het eind van het nummer. Met het nummer ‘Kiss’ (You Don’t Have To Be Beautiful) van Prince werkt Tom Jones
naar het einde van zijn indrukwekkende set mede mogelijk gemaakt door de geweldige musici die hem begeleiden. Naast de al eerder genoemde namen; Ben Jones  met mooie gitaar solo’s en Dave Bronze op de bas.
Het einde komt met een rock & roll medley met o.a. Johnny B Good van Chuck Berry, die hij samen met zijn vriend Elvis Presley in Las Vegas zag optreden.
Geen ‘Green Green Grass Of Home’ of nummers van de prachtige gospel album ‘Praise & Blame uit 2010. Misschien een volgende keer.

Het publiek gaat gelukzalig de zondag in. Ik zie heel veel blije gezichten rustig Ahoy verlaten.
Een prachtige afsluiting van de zaterdag.


 

 

Van Morrison
IMG_0074
Mavis Staples (3)
Mavis Staples (4)
Mavis Staples (6)
Mavis Staples (5)
Mavis Staples (7)
Mavis Staples
Buddy Guy (4)
Buddy Guy (5)
Buddy Guy (3)
Buddy Guy (6)
Buddy Guy (7)
Buddy Guy
IMG_0090
Teskey Brothers (3)
Teskey Brothers (2)
Teskey Brothers (5)
Teskey Brothers (4)
Teskey Brothers
The Staples JR. Singers
The Staples JR. Singers (7)
The Staples JR. Singers (6)
The Staples JR. Singers (5)
The Staples JR. Singers (4)
The Staples JR. Singers (3)
The Staples JR. Singers (2)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (2)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (3)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (4)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (6)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (7)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (8)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (9)
DeWolf and Down Brothers 2023 -  (10)
DeWolf and Down Brothers 2023 -
Tom Jones 1
Tom Jones
Tom Jones-2

  button-home button-gastenboek button-recensies  

Totaal aantal foto's: 39 | Maak web foto albums met Jalbum | Chameleon skin | Help